Datum: 05 oktober 2020
Gewijzigd 14 november 2023
Geschreven door: Erik Jansen
Leestijd: +/- 2 minuten
Het kabinet heeft een wetsvoorstel ingediend met een tijdelijke mogelijkheid voor de rechter om de behandeling van faillissementsverzoeken aan te houden, verhaalsacties te schorsen en betalingsuitstel te verlenen in verband met CORONA.
Een ondernemer die geconfronteerd wordt met een tegen hem ingediend faillissementsverzoek krijgt de mogelijkheid de rechtbank te vragen de behandeling van dit faillissementsverzoek aan te houden. Als dit aanhoudingsverzoek wordt toegewezen, heeft dit ook tot gevolg dat de debiteur een uitstel van betaling wordt gegund ten opzichte van de schuldeiser die het faillissementsverzoek heeft ingediend. Doel hierbij is ervoor te zorgen dat ondernemers na de versoepeling van de beperkende maatregelen de gelegenheid krijgen om hun bedrijf opnieuw op te starten. Het uitstel doet verder niet af aan de gevolgen van niet-nakoming door de debiteur: rente en boetes kunnen blijven doorlopen en er blijft eventueel een mogelijkheid tot opschorting door de schuldeiser of ontbinding van de overeenkomst. Het “gewone” recht, blijft dus van toepassing.
De rechtbank zal een aanhoudingsverzoek toekennen als:
Dit geeft de rechtbank dus de nodige vrijheid, maar de debiteur tegen wie het faillissementsverzoek heeft ingediend, zal dus moeten voldoen aan een behoorlijke stelplicht en ook het nodige aannemelijk moeten maken c.q. moeten bewijzen.
De schulden waarvoor het faillissement is aangevraagd, worden tijdelijk “on hold” gezet, maar als de debiteur nieuwe verplichtingen aangaat of er een nieuwe betaaltermijn vervalt bij een lopende overeenkomst (bijvoorbeeld een arbeids-, lease- of huurovereenkomst), moet hij die kunnen voldoen. Hiermee wordt voorkomen dat de schulden van de debiteur tijdens het betalingsuitstel verder toenemen.
Ook andere schulden aan andere schuldeisers moeten “gewoon” voldaan worden. Maar dit zal voor een debiteur toch glad ijs zijn. Welke schuldeiser betaal je wel en welke betaal je niet als je weet dat een faillissement is aangevraagd en / of dat faillissement dreigt? Er zijn kasten vol literatuur en jurisprudentie over dit vraagstuk van bestuurdersaansprakelijkheid. Goed advies van een deskundige insolventierechtadvocaat is onontbeerlijk want het is sterk van geval tot geval afhankelijk of er in tijde van liquiditeitsnood voldoende en gegronde rechtvaardiging bestaat de ene crediteur “voor te trekken” ten opzichte van de anderen.
Als het aanhoudingsverzoek wordt toegewezen, kan de ondernemer-debiteur aan de rechtbank ook vragen om te bepalen dat de schuldeiser of schuldeisers die het faillissementsverzoek hebben ingediend, ook hun bevoegdheid tot verhaal op goederen die tot het vermogen van de debiteur behoren of tot opeising van goederen die zich in de macht van de debiteur bevinden, niet kunnen uitoefenen zonder machtiging van de rechtbank. Eventueel verzochte beslagleggingen kunnen worden ongedaan gemaakt worden via een kort geding. Dat kan onder huidige recht ook al, maar door deze wet is het corona-virus een extra argument daarvoor geworden. De rechter in kort geding (voorzieningenrechter) zal dezelfde criteria nalopen als de faillissementsrechter.
Bron : EersteKamer
Als advocaten voor ondernemers begrijpen wij het belang van voorop blijven. Samen met ons heeft u alle kansen en risico’s in het vizier. Neem gerust contact met ons op en laat u persoonlijk informeren over onze diensten.